Het vooronderzoek had al aangegeven dat er mogelijk historische resten in de bodem lagen. Die verwachting bleek terecht: archeologen troffen sporen aan die teruggaan tot de 15e eeuw, een periode waarin veel Nederlandse dorpen hun huidige vorm kregen.
Vindingrijke putbouw
De meest opvallende ontdekking is een waterput van bijna drie meter diep, opgebouwd uit plaggen – een traditionele bouwwijze waarbij gestapelde graszoden werden gebruikt. De put dateert vermoedelijk uit de 15e tot 17e eeuw en reikt tot in het grondwater onder een dikke leemlaag.
Wat de vondst bijzonder maakt, is het hergebruik van materialen dat onze voorouders kenmerkte. In de bodem van de waterput ligt een fragment van een oud karrewiel, dat destijds werd gebruikt om de constructie te versterken. Een deel van dit wiel wordt nu verder onderzocht. Via jaarringonderzoek hopen de archeologen te achterhalen wanneer het hout werd gekapt, wat een nauwkeurigere datering van de waterput mogelijk maakt.
Sporen van bewoning
De opgravingen leverden ook grondsporen op die wijzen op vroegere bebouwing. Deze restanten, mogelijk van een klein woonhuis of een schuilstal, liggen evenwijdig aan de oude loop van de Kapelstraat. Ook deze sporen stammen vermoedelijk uit de 15e tot 17e eeuw, de periode waarin veel dorpskernen hun definitieve vorm kregen.
Daarnaast vonden de onderzoekers een jongere, stenen waterput uit het einde van de 19e of het begin van de 20e eeuw. Deze put hoorde bij de bebouwing die toen op deze locatie stond en toont de continuïteit van bewoning op deze plek.
Venster op het verleden
De vondsten geven nieuw inzicht in de ontwikkeling van Heeze en dit specifieke deel van het dorp. Het archeologisch onderzoek draagt bij aan ons begrip van hoe onze voorouders leefden en bouwden, en bewaart deze kennis voor komende generaties.
Na afronding van het onderzoek kan de bouw van het appartementencomplex beginnen, waarbij de geschiedenis van deze plek nu voor altijd is vastgelegd.
Een artikel van MijnHeeze.nl